langs de straten jagen
naar het stof van eeuwen gevels
en stenen steegjes
rondom de aders
van de oude waters
vinden
groeten naar de blaren
langs de meisjes haren
op kasseien
wind van zwijgend leven
en dan even…
bruggen tellen
en naar zwanen zwaaien
fluisteren de kromme bomen
en zeggen
rust in elke hoek
elke drempel elke stoep
(schaduw en schemering sluipen
naast glorie en warme glans)
en hier het nieuwe lichaam
van het zijn: oud en jong
Gezelle tast de muren af
en overal holt een zon
van duisternis vol licht
slentert in een onnoemelijk ondergaan
dat spreken en sterven in zich sluit
en roem de daken denken laat
een nieuwe koraal
een nieuw gejuich
Wim Van Besien
Comments