*** gericht aan mijn mede-ambassadeurs tegen voedselverspilling. ***
Ik zat zo wat te denken. Ja, dat doe ik soms. En lap, ik begon dit te schrijven...
Ik mag het graag totaal vrijblijvend even met jullie delen.
Ik trek het onderwerp voedselverspilling even open naar hun relatie met andere belangrijke bekommernissen die ook aandacht verdienen.
Ik ben een babyboomer. Dat wil zeggen, kind van de oorlogsgeneratie, met ouders toen zowat in hun puberteit. Oorlogswinters, honger hakten er bij hen zwaar in. ‘Eet je bord leeg’, was als kind bij ons een veel terugkerende opmerking. Het argument ‘de oorlog’ werd er meteen bijgehaald, als het niet was: ‘denk aan de arme kindjes die geen eten hebben’. Mja, vreten om leed te vergeten?
Een halfleeg bord is verspilling. Het halflege bord toch uiteten echter een aanzet tot obesitas, en ongezond gedrag, kortom een dilemma. Constatering: opeten omdat het jammer is het te moeten weggooien, is een ‘moreel probleem’ dat best bij veel mensen voorkomt. Natuurlijk is het antwoord: niet te veel opscheppen, maar de discrepantie tussen verspillen en schransen, tussen weggooien en teveel eten blijft een issue.
Er zijn nog bedenkingen die even aandacht mogen krijgen naast de relatie verspilling tegenover gezondheid, nutriscore, bioproducten, enz.
Verspilling tegenover lokale producten, ecologisch verantwoorde landbouw en daardoor de vermindering van de CO2-uitstoot en bijgevolg ook de klimaatopwarming bijvoorbeeld.
Ook de relatie voedselverspilling tegenover budget. Wat met sommige producten, bij ons geteeld en lokaal verdeeld, maar die soms duurder zijn dan geïmporteerde goederen. Ook dat ongezonde voeding vaak goedkoper blijkt en dus een relatie heeft met armoede en achtergestelde groepen.
Wat met de relatie voedselverspilling tegenover ethische overwegingen, tegenover fairtrade, een eerlijke prijs voor de boer? Tegenover vegetarisme , veganisme, en zo. Neem nu grote verpakkingen, die zijn goedkoper, maar instinkers want het risico dat je teveel koopt is reëel, dat leerden we al. Kleinere verpakkingen betekent dan weer meer verpakkingsafval. Het antwoord is natuurlijk zoveel mogelijk in bulk kopen en als het kan op versmarkten. Maar wat doe je met asperges uit Peru in een superpromotie, al of niet binnen het echte seizoen verkocht? Die zijn veelal goedkoper dan Belgische op hetzelfde moment zonder transport- en andere kosten. Een moeilijke dus. Je kan er tegen zijn, denkend aan je milieuvoetafdruk, maar er is ook een weggooikans doordat je het niet kocht, zo je wil. En dan is het verlies over de gehele lijn. Tja.
Maar goed. Dat was het. Enkele bedenkingen zomaar in de kippenren. Het ware mooi om met enkele gelijkgestemden, al of niet foodwinners, hier eens lekker over te kunnen praten en discussiëren. Dit is slechts een vrijblijvend voorzetje en al helemaal zonder iets te pretenderen. Hopelijk kunnen we na corona hier eens gezellig over doorbomen, al of niet tijdens het ledigen van enkele (volledig leeggedronken) biertjes of zo.
Comentarios