Toscanië (Firenze, Arezzo, Cortona) 2016: Deel 2

Dit is louter een kort verslag, summier gereconstrueerd negen jaar later, en dus geen volwaardige reisblog.

Via een stop in Lugano aan het mooie gelijknamige meer in Ticino (Italiaans-Zwitserland), rijden we richting Firenze, Toscane. We logeren in een hotelletje, hartje stad en vlak bij de promenade langs het water. Het is er best mooi, gezellig en nodigt uit tot wandel- en flaneerplezier, maar het is er wel opvallend duur.

Aangekomen in Sesto Fiorentino installeren we ons in een bescheiden optrekje van Agroturismo « Il Cerretino » met zwembad en vertegezicht over Florence. Het blijkt een ideale uitvalsbasis ten noorden voor stads- en omgevingsbezoek.

In Firenze zelf bezoeken we o.m. de Mercato Centrale, waar mijn schat er meteen « voor gaat ». Zie de leuke blog: Mijn Italiaanse vrouw als aankoopster (verhaal 1).

Nadien volgen uitgebreide stadswandelingen en bezoeken aan de « usual suspects » o.m. de overweldigende Galleria degli Uffizi » waar we ons deemoedig laten overrompelen door de majestueuze schoonheid van de Da Vinci’s, Michelangelo’s, Tiziano’s, Botticelli’s en andere Caravaggio’s. De renaissancestad voelt aan als een wedergeboorte en een verzoening met te lang gemist esthetisch schoon. Op de Piazza della Signora staan naast de beroemde David en andere meesterlijke beeldhouwwerken, hier nu ook beelden van Jan Fabre zoals zijn Gouden Schildpad en De Man Die De Wolken Meet.

Maar ook op andere plaatsen, zoals zijn groene

kevers in de Palazzo Vecchio met zijn iconische toren en met binnenin nog zo’n verpletterend prachtig museum. Uiteraard ook de majestatische, gestreepte Cattedrale di Santa Maria del Fiore of kortweg de Duomo (1296-1472, met zijn unieke gewaagde koepelconstructie van Brunelleschi. Er tegenover staat het Baptisterium met zijn prachtig bewerkte bronzen poorten en erachter de Campanile (toren). Via het dakterras van het complex Rinascente kunnen we het gebouw ook van hoger bewonderen. En ook de musea bieden soms sublieme zichten op de rivier de Arno en de bijzondere Ponte Vecchio met zijn vele juwelierszaakjes. Aan de overkant van de rivier verwijlen we een tijd in Il Giardino di Boboli, weelderige tuinen met architectonische accenten. En uiteraard genieten we ook van lokale spijs, drank, versnaperingen en snuisterijen.

Vanuit ons verblijf verkennen we ook noordwaarts, het heerlijke dorp Fiesole en via het plaatsje Fratelino gaan we naar Borgo San Lorenzo. Onderweg bezoeken we het Parco Mediceo (Villa Davidoff) een historische residentie met ingenieuze waterpartijen, beelden en fonteinen. Ristorante Zocchi met uitzicht op het park is een regelrechte culinaire topper die we dan ook meermaals aandoen. In Barberino de Mugella vallen we te midden een Sagra dei Funghi (een porcini paddenstoelen seizoen festival). Vele aantallen reuzengrote eekhoorntjesbrood worden daar aan lange tafels door vele vrouwen minutieus gekuist en dan in massale, ronde bakplaten boven brede vuren aangestoofd. Indrukwekkend en héérlijk.

De tweede week bezoeken we onderweg de prachtige stad Arezzo. Ook bekend als de locatie

van de mooie film La Vità è Bella van komiek Roberto Benigni. Het kan helemaal niet stuk als we botsen op een stoet vol groepen met bonte middeleeuwse kostuums die uiteindelijk meiden tot een heuse, historische re-enactement op het plein bij de Pallazo del Commune. Wat een uitzonderlijke meevaller. Van de andere bezienswaardigheden onthoud ik nog de kerk San Francesco en het huis Vasari met mooie interieurs, plafonds en een fresco van Fra Angelico.

Wij rijden naar Centoia, onder Cortona, waar we in een soort chaletje verblijven waar het heerlijk

toeven is midden de velden met enkel zonnebloemen en wijnranken. De eigenaar van ons verblijfje blijkt een reuzesympathieke Pipo te zijn die ons trakteert op een fles eigen geproduceerde rode wijn, die we zo uitzonderlijk lekker vinden waarvan we, ondanks zijn principe van « niet te koop » (kleine voorraad, weliswaar met een zeer hoog lokaal keurmerk) toch een kistje kunnen scoren. Credits: mijn Nella natuurlijk.In Cortona is het heerlijk rondlopen en genieten van restaurantjes met balkonterrasjes met b.v. uitzicht op het centrale Piazza del Commune. Ik verwen mijn smaakpapillen met het pastagerecht Pici all’ Aglione. We flaneren doorheen het stadje zelf en duiken ook even in het Museo Diocesano.

We genieten van simpele, zelf bereide gerechtjes op ons terrasje waar op een avond zelfs een klein vosje tussen onze benen komt kennis maken. Ook tijdens het zwemmen en zonnebaden hebben we de plek quasi alleen voor onszelf.

Natuurlijk is het heerlijk uitstapjes maken doorheen het lieflijke, typische Toscaanse landschap met zijn heuvels en pijnbomen, zijn grote opgerolde strobalen en rijen afgelijnde cipressen. Een trip naar Forano de la Chiana, Monte San Savino en het leuke dorp Castiglion Fiorentino leveren onderweg hoogtepunten op als de Abbazza Monte Olivo (die beschilderde reftermuren!), de Basilica Santa Margerita, de Chiesa di Santa Maria delle Grazie in Calcinaio (dat uitzicht over het dal) en Fort Girifalco in Camucia.

We trekken huiswaarts,

weer via een tussenstop met overnachting in Lugano waar we ’s avonds in een geweldig pizzeria/ristorante genieten van een ideaal, hoger zicht over de Lago voor we morgen de terugrit naar Brugge aanvatten.